De 5 meest gemaakte installatiefouten bij zonnepanelen (en hoe jij ze voorkomt)

Een goed werkend zonnepanelensysteem begint bij een foutloze installatie. Toch zien we in de praktijk regelmatig dezelfde installatieproblemen terugkomen. Deze fouten kunnen leiden tot vermogensverlies, storingen of zelfs gevaarlijke situaties. In deze blog zetten we de vijf meest voorkomende fouten op een rij en laten we zien hoe je ze voorkomt:

1. Verkeerde stringconfiguratie

Wat gaat er mis? 
Panelen worden in een verkeerde serie (string) aangesloten, waardoor de maximale spanning (Vdc) van de omvormer wordt overschreden of juist te laag blijft. 

Gevolgen: 
Wanneer een stringconfiguratie niet correct is uitgevoerd, kan de omvormer bij een te lage of te hoge spanning uitschakelen of minder efficiënt gaan functioneren, waardoor de zonne-installatie niet het maximale rendement levert. Vooral bij koude weersomstandigheden, als de spanning van zonnepanelen stijgt, kan dit tot problemen leiden.  
 
Voorkomen: 
Maak altijd gebruik van een stringconfiguratietool van de omvormerfabrikant. Deze helpt je exact bepalen hoeveel panelen je per string kunt aansluiten zonder buiten de spanningslimieten van de omvormer te vallen. Let daarbij goed op de minimum- en maximum ingangsspanning én de temperatuurafhankelijkheid, aangezien panelen bij lagere temperaturen een hogere spanning genereren. Controleer tot slot de datasheets van de panelen en de omvormer, zodat je zeker weet dat de installatie technisch klopt. 

2. Foutieve of gemengde MC4-connectoren

Wat gaat er mis? 
MC4-stekkers van verschillende merken of types worden gecombineerd of niet correct aangeklikt. 
 
Gevolgen: 
Een slecht uitgevoerde elektrische aansluiting kan ernstige gevolgen hebben voor de veiligheid en prestaties van een zonne-installatie. Bij hoge overgangsweerstand, vaak veroorzaakt door losse of onjuiste verbindingen, ontstaat er hitteontwikkeling op de contactpunten, wat kan leiden tot smeltende connectoren of in het ergste geval brand. Daarnaast zorgt een slechte verbinding voor een verminderde stroomgeleiding, wat leidt tot prestatieverlies of intermitterende storingen die lastig te detecteren zijn. 
 
Voorkomen: 
Gebruik altijd originele MC4-connectoren van één merk. Dit voorkomt afwijkingen in maatvoering die tot slechte verbindingen kunnen leiden. Controleer bij elke aansluiting dat de connectoren volledig zijn verbonden. Pers je de kabels aan? Gebruik dan de juiste krimptang.  

3. Geen rekening houden met schaduw

Wat gaat er mis? 
Installatie van panelen op plekken waar schaduw valt, zonder gebruik van optimizers of micro-omvormers. 
 
Gevolgen: 
Wanneer er schaduw op een klein deel van een zonnepaneel valt, kan dat grote gevolgen hebben voor de gehele installatie. Door het kettingeffect beïnvloeden een paar beschaduwde cellen de volledige string waarin ze zijn opgenomen. Omdat zonnepanelen in serie zijn geschakeld, bepaalt het zwakste paneel het maximale vermogen van de hele reeks. Dit kan leiden tot een fors (en structureel) verlies in opbrengst, soms oplopend tot wel 20 tot 30 procent.  
 
Voorkomen: 
Voer vóór de installatie een grondige schaduwanalyse uit, zodat je weet hoe de zon zich gedurende de dag en seizoenen over het dak beweegt. Dit geeft inzicht in hoe de zon zich gedurende de dag en seizoenen over het dak beweegt. Kies bij voorkeur voor dakvlakken zonder structurele schaduw van bijvoorbeeld bomen, schoorstenen of dakkapellen. Is schaduw niet te vermijden? Dan kun je gebruikmaken van power optimizers of micro-omvormers, die zorgen ervoor dat elk paneel onafhankelijk presteert. 

4. Onjuiste kabeldiktes en kabelrouting

Wat gaat er mis? 
Er wordt bespaard op kabeldikte, of kabels worden te lang of ongunstig gelegd. 

Gevolgen: 
Bij te dunne kabels treedt er spanningsval op: er gaat energie verloren onderweg van de zonnepanelen naar de omvormer en dat leidt tot een lagere opbrengst. Te dunne kabels kunnen ook oververhit raken, met smelten van de isolatie of zelfs brand tot gevolg. Een slecht gedimensioneerde installatie is bovendien minder betrouwbaar en kan sneller storingen vertonen. 

Voorkomen: 
Bereken de juiste kabelsectie op basis van de lengte van het traject en de stroomsterkte en streef naar maximaal 1,5% spanningsval voor een efficiënte werking. Ga voor standaard PV-installaties uit van een minimale kabeldikte van 4 mm². Gaat het om langere afstanden, kies dan voor minstens 6 mm² om vermogensverlies tegen te gaan. Leg kabels verder overzichtelijk aan, zet ze goed vast en voorkom scherpe bochten of knelpunten die schade of slijtage kunnen veroorzaken. 

5. Gebrekkige aarding of geen overspanningsbeveiliging

Wat gaat er mis? 
Aardverbindingen worden vergeten of fout aangesloten. Overspanningsbeveiliging wordt niet geplaatst of verkeerd geïnstalleerd. 
 
Gevolgen: 
Zonder goede aarding kan bij een fout of beschadiging de spanning op metalen delen blijven staan, wat gevaar voor elektrische schokken bij aanraking oplevert. Daarnaast is de installatie kwetsbaar voor blikseminslag of pieken in de netspanning, met ernstige schade tot gevolg. Dit soort schade valt vaak buiten de fabrieksgarantie, zeker als blijkt dat de installatie niet voldoet aan de geldende veiligheidsnormen.  
 
Voorkomen: 
Volg bij de installatie altijd de richtlijnen uit de NEN1010 en de geldende netcode, zodat de installatie aan de wettelijke eisen voldoet. Bij systemen met meer dan één string of een spanningsniveau boven de 600 volt is het bovendien verplicht om een type II overspanningsbeveiliging te plaatsen aan zowel de AC- als DC-zijde. Let bij het plaatsen van deze SPD’s (Surge Protection Devices) op de juiste positie, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de omvormer of verdeelkast, en zorg voor een correcte aansluiting op de aardingsinstallatie. 

Extra tip: 
Maak na installatie altijd een fotoverslag van het montagesysteem. Dit is handig voor keuringen, verzekering én service achteraf. 

Voorkom installatieproblemen met ESTG 
Veelvoorkomende installatieproblemen zijn te voorkomen met een goede voorbereiding, het juiste gereedschap en aandacht voor detail. Bij ESTG helpen we installateurs met professioneel advies, trainingen en hoogwaardige componenten, zodat jij storingen voorkomt voordat ze ontstaan. 

Heb je twijfels over een ontwerp of installatie? Neem contact op met onze technische specialisten.